Artikelen

Box 3 vanaf 2027: voorstel aangepast

Box 3 vanaf 2027: voorstel aangepast

Het is de bedoeling dat er vanaf 2027 een nieuwe box 3-heffing komt. Uitgangspunt is dat vanaf 2027 het werkelijke rendement wordt belast. In oktober beschreven we in het artikel 'Box 3 vanaf 2027' wat de plannen zijn. Die plannen zijn nu aangepast. De stand van zaken:

  • Hoofdregel blijft dat het werkelijke rendement wordt belast. Dit bestaat uit direct rendement, zoals rente, huur en dividend na aftrek van kosten, en uit de waardeontwikkeling (het indirecte rendement). De hoofdregel gaat gelden voor vermogen dat makkelijk te gelde gemaakt kan worden zoals spaargeld en beleggingen op de beurs (aandelen, obligaties, winstbewijzen en opties).
    Ook bij vorderingen en schulden geldt de hoofdregel. De werkelijke inkomsten (rente minus kosten) zijn belast. Betaalde rente over schulden is negatief inkomen en dus aftrekbaar. De hoofdregel wordt ook wel vermogensaanwasbelasting genoemd.
  • Bij sommige vermogensbestanddelen, zoals onroerende zaken en niet-beursgenoteerde aandelen (start-ups, familiebedrijven), zal de waardeontwikkeling pas worden belast bij verkoop. Het directe rendement zoals huur en pacht zal na aftrek van kosten wel jaarlijks worden belast. Dit wordt ook wel vermogenswinstbelasting genoemd.
  • Voor de eerste tweede woning of vakantiehuis voor eigen gebruik zou een afwijkende regeling gaan gelden (forfait). Deze uitzondering komt er niet.
  • Verliezen kunnen worden verrekend, maar de mogelijkheid om dat met het voorgaande jaar te doen is geschrapt.
  • Voor onroerende zaken en aandelen in een familie- of startende onderneming moest nog worden vastgesteld hoe de waarde van deze bezittingen wordt bepaald, als ze al in bezit zijn van belastingplichtigen op het moment dat het nieuwe stelsel wordt ingevoerd. Hierover is besloten om de waarde in het economische verkeer aan het begin van 2027 te hanteren. Voor woningen in box 3 gaat het om de WOZ-waarde aan het begin van 2027.
  • De prijs voor het kopen van genotsrechten, zoals toekomstig rente of dividend, is niet meer ineens aftrekbaar moet moet worden verdeeld over de jaren waarin het genotsrecht bestaat.
  • Besloten is om ook koerswinsten of koersverliezen van banktegoeden in vreemde valuta te belasten.

De Tweede Kamer en het nieuwe kabinet moeten definitieve besluiten nemen. Om 1 januari 2027 te halen, moet het wetsvoorstel in de zomer van 2024 aangeboden worden aan de Tweede Kamer. Meer informatie op www.rijksoverheid.nl en in de brief aan de Tweede Kamer.