December is een dure maand. De 5 december-verrassingen zijn net uitgepakt, of we moeten weer op pad voor Kerstgeschenken. Ruim vier op de tien Nederlanders viert beide feesten tegenwoordig met cadeaus, toont onderzoek van spaarplatform Raisin. Maar helaas is het perfecte cadeau geven een kunst is die weinigen beheersen. Vandaar al die ongebruikte broodbakmachines, vieze parfums en tegenvallende kinderspeelsets in kasten, laden en op zolders.
Weggeven dan maar? Of verpatsen op marktplaats.nl? O nee, niet in families met een orthodoxe cadeaucultuur! Daar is een geschenk een soort minihuwelijk. De gift zegt: ik hou van jou. En die geste waarderen, betekent: ik ook van jou. Dus móéten die foute sokken aan als schoonma komt, en móét Lucas enthousiast met de plastic garage spelen als tante Jeanet er is. Op hun beurt moeten deze cadeauontvangers ook met emotie beladen spullen geven. Zo’n geschenkencarrousel kan generatieslang doorgaan.
Er zijn ook families zonder cadeaucultuur. Geven en krijgen vindt men best fijn, maar niet essentieel. En dus zijn de Kerst- en verjaardagsgiften vaak onbekommerd afgeschaft, of vervangen door een jaarlijks familiediner of een (afgesproken) geldbedrag voor verjaardagen en Sinterklaas. Economisch gezien is dit systeem superieur. De gever tobt niet langer over originele gestes, en de ontvanger heeft alle bestedingsvrijheid. Lekker efficiënt.
Wat het beste is? Er zitten meer kanten aan de zaak. Op zich heeft geschenkenruil een sociale functie. Het was de economische motor in gemeenschappen zonder handel en geld. Op Papua Nieuw Guinea schonk men elkaar varkens of parelmoer- en kaurischelpen. Zo’n gift moest steeds met ‘rente’ (lees: meer varkens, schelpen) worden terugbetaald. Het was vrijwel onmogelijk je eraan te onttrekken.
Onze cadeaucultuur is minder beklemmend, al blijft het sociaal gezien een aanrader om anderen te verblijden met iets leuks. Maar het moet niet ontsporen of puur geïnspireerd zijn door de commercie. Dat laatste kan erin sluipen, want de reeks ‘cadeaumomenten’ die we kennen is de afgelopen decennia geëxplodeerd. Niet alleen bij een verjaardag, Sinterklaas en een bruiloft hoort een gift, maar ook bij Valentijnsdag, Kerst, Moeder- en Vaderdag, een jubileum, een rapport of diploma, je naamdag, trouwdag, een geboorte, Pasen of zomaar, om de glimlach van een kind. En dat terwijl we al bulken van de spullen, waardoor je bijna per definitie onzin krijgt.
Wat te doen dus als je niet zo van een dwingende cadeaucultus houdt? Domweg weigeren mee te doen, is sociaal gezien niet handig. Daarom vijf tips om de hoeveelheid onzingiften (met Kerst) voorzichtig te beperken, zonder de (familie)harmonie te schaden.
1. Stel iemand met een orthodoxe cadeaucultuur nooit botweg voor om (kerst)cadeaus te vervangen door geld. Iemand kan zijn grootgebracht met het idee dat een geschenk de ultieme vorm van aandacht is. Dat doorbreken vergt begrip en een goed voorbeeld.
2. Doe kleine gestes als een kerststol, een flesje wijn of een doosje bonbons nooit in de ban. Waardeer het dat een ander moeite doet voor jou en beloon de gever dus met dankbaarheid en een blij gezicht. Het zal de (familie)verhoudingen zeker ten goede komen.
3. Stel voorzichtig een alternatief voor onder het mom van gezelligheid of duurzaamheid. “Het lijkt me zo leuk om in plaats van cadeautjes samen iets gezellig te doen.” Of “Sara spaart voor een nieuwe iPhone. Misschien willen jullie daaraan bijdragen?”
4. Je kunt ook vooraf Informeren wat iemand graag wel en niet wil hebben. Geef vervolgens geen duurdere dingen dan je zelf krijgt of gekregen hebt, want dan krijg jij mogelijk weer iets dat nog meer kost.
5. Laat een anderen weten dat men je een plezier doet met iets dat voor jullie samen leuk is, een theater- of filmbon bijvoorbeeld. Of iets dat goed is voor anderen zoals een gift aan een goed doel dat je na aan het hart ligt. Vraag in plaats hiervan nooit geld, tenzij je erbij zegt wat je daarvan gaat doen, en je de gever(s) er na aanschaf direct over vertelt.
Fijne Kerst.