Steeds meer huizenzoekers hebben er alles voor over om aan een woning te komen. Ze bieden veel meer dan de vraagprijs en gaan akkoord met nadelige voorwaarden in de koopakte. Jos Koets wijst op de mogelijke gevolgen.
Tekst: Jos Koets
De gekte op de huizenmarkt zorgt voor vreemde capriolen van huizenzoekers. Steeds meer huizenzoekers nemen te veel risico’s om maar aan een koopwoning te komen. En de huizenprijzen blijven maar stijgen. Begin 2024 was de gemiddelde huizenprijs van een bestaande woning €434.000. Per 30 juni 2024 was dat al €468.000. Als deze trend doorzet, is de gemiddelde huizenprijs eind van 2024 hoger dan €500.000. Daarbij staan er steeds minder huizen te koop. In het tweede kwartaal van 2024 waren dat er slechts 28.239. De grens van de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) van €435.000 (2024) is lager dan de gemiddelde huizenprijs. Ook volgend jaar, bij een NHG-grens van €450.000, zullen veel huizenbezitters een hypotheek zonder NHG moeten afsluiten. Het gevolg is een hogere hypotheekrente en dus ook hogere maandlasten. De startersvrijstelling voor de overdrachtsbelasting ligt met €525.000 (2025) nog net onder de gemiddelde koopsom.