Die vaste rente is daarbij een niet te onderschatten factor. De Regenboog II-obligatie van de groen-gele bank kent echter alleen een vaste rente (van 5%) in het eerste jaar. De daaropvolgende vier jaar is de rente afhankelijk van de prestaties van drie beleggingsstrategieën.
Daarvoor worden fictieve portefeuilles opgebouwd, bestaande uit drie componenten: aandelen, vastgoed en grondstoffen. De eerste fictieve portefeuille bestaat uit 60% aandelen, 20% vastgoed en 20% grondstoffen. De tweede portefeuille heeft het accent op vastgoed (60%) zodat de andere twee componenten ieder voor 20% meetellen. In de derde portefeuille wegen de grondstoffen (60%) het zwaarst en is het restant verdeeld over aandelen en vastgoed.