De bank besloot daarop om de interne handel om te zetten in een verhandeling op de beurs per eind januari. Daarbij werd meteen aangekondigd dat de minimale rente stijgt van 5,2% naar 6,5%. Bijna zes jaar geleden gaf ik aan de ledencertificaten het oordeel van FFFF. Nu beoordeel ik een product nooit een tweede keer (er komt genoeg nieuw aanbod op de markt), maar in dit geval maak ik een uitzondering omdat de kenmerken flink gewijzigd zijn.
De ledencertificaten tellen voor de bank mee als eigen vermogen en kennen geen vaste einddatum. Daarom vergoedt de bank een extra hoog rendement, als compensatie voor het extra risico dat u loopt. Die rente is in principe gelijk aan het rendement op 10-jarige staatsleningen, verhoogd met 1,5%. Daarbij geldt onder de nieuwe voorwaarden een minimum van 6,5% per jaar. Maakt de bank geen of onvoldoende winst, dan kan de vergoeding verlaagd worden of zelfs op nul uitkomen.